Context
In de kringlooplandbouw maak je zoveel mogelijk gebruik van reststromen uit akkerbouw, tuinbouw en de rest van de voedselketen. De benutting van eigen ruwvoer en eigen eiwit krijgt een belangrijkere rol in de bedrijfsvoering. Meer kwalitatief goed voer van eigen land betekent minder inkoop. Daarbij is goed graslandmanagement van belang om optimaal gebruik te maken van je graslandpercelen. Dat is in lijn met de doelstellingen van kringlooplandbouw.
Het is belangrijk om koeien te fokken die veel van dat ruwvoer kunnen opnemen. De fokkerij kan ervoor zorgen dat de koe de overgang naar het nieuwe systeem van kringlooplandbouw makkelijk maakt. Robuuste koeien kunnen ruwvoer beter verteren en zijn minder ziektegevoelig. Rassen die ingezet worden als robuust zijn onder andere Fleckvieh, Jersey en de Groninger Blaarkop. Ook vinden er experimenten plaats waarbij wordt gekeken naar wat een rantsoen van slecht ruwvoer doet met minder robuuste rassen. Het bleek dat de melkproductie daalde, maar de koeien verder gezond bleven. Het biologische systeem van de koe kan dus inspelen op veranderende omstandigheden.
Volgens Roel Veerkamp, hoogleraar Fokkerijsystemen en verbonden aan WUR is het helemaal niet zo evident dat een ras robuust is.
‘Het gaat om de kenmerken, het ras is secundair’
Kansen
Er zijn diverse methoden om je bedrijf robuuster te maken. Alles hangt met elkaar samen in een systeem. Het is belangrijk om na te denken over het extensiveren van je bedrijf, door minder koeien te houden en meer land om je bedrijf te brengen. Met deze volgende onderdelen kun je een begin maken.
- Zoek naar foklijnen of robusste rassen die kunnen omgaan met veranderingen in het rantsoen, ruwvoer beter verteren en efficiënt kunnen grazen.
- Maak gebruik van bronnen op het eigen bedrijf of in de buurt. Denk daarbij aan reststromen van akkerbouwcollega’s in de buurt die als veevoer kunnen dienen, of gecomposteerd kunnen worden. Of maaisel van natuurgebieden waarmee bokashi gemaakt kan worden.
- Laat de koeien grazen op graslanden met een hoge biodiversiteit aan grassen, vlinderbloemigen en kruiden, die leveren een hoger ruw-eiwitgehalte in het rantsen.
- Produceer meer eiwit van eigen bodem. Dit kan bijvoorbeeld door naast mais voedergewassen als veldbonen te verbouwen of samen te werken met akkerbouwers uit de buurt, en variatie in graslandpercelen aan te brengen. Optimaal graslandbeheer kan ook leiden tot meer eiwit van eigen bodem.
Kennis uit onderzoek
Wageningen University & Research doet onderzoek naar verschillende onderdelen van robuuste teelt bij melkveehouderijen. Bijvoorbeeld onderzoek om te komen tot een optimaal gebruik van grasland. Dit doet WUR op de Dairy Campus, een proefbedrijf voor de melkveehouderij (www.dairycampus.nl) in Leeuwarden. Monitoren van de grasgroei is belangrijk om te kunnen voorspellen wanneer er moet worden omgeweid en of er gemaaid kan worden.
De onderzoekers doen bijvoorbeeld grasgroeimetingen met een stationaire cropscan of met fysieke grashoogtemeters. Ook hebben ze de Feedwedge ontwikkeld: een app voor op de mobiele telefoon die berekent of de grasvoorraad op afzonderlijke percelen voldoende is, of dat er op korte termijn te weinig gras is om de koeien te voeden.
Geert Stevens rijdt zijn drijfmest uit met behulp van GPS. En hij doet mee aan een proef om grasgroei te meten. “We hebben vrij veel infrarood sensoren geplaatst die de grashoogte meten. Een app op mijn telefoon geeft aan hoeveel gras waar staat, waar je met je koeien naar toe moet en wanneer je moet maaien. Ik heb deze technologie nog niet gekocht, maar ik zie het voordeel er wel van in”.
Onderzoeker Bert Philipsen van WUR heeft onderzoek gedaan naar graslandbeheer in het kader van het project Amazing Grazing. Met behulp van modellen, drones, sensoren en satellietbeelden heeft hij met zijn collega’s een tool ontwikkeld waarmee voorspeld kan worden hoe de grasgroei verloopt op een bepaald perceel.
‘Met enige zekerheid kan de boer voorspellen hoe de grasgroei verloopt’
Praktijk
In deze video is hoogleraar Fokkerijsystemen Roel Veerkamp in gesprek met Maurits Tepper, die Groningse Blaarkoppen houdt, over robuuste koeienrassen. Welke koe robuust is, hangt volgens hen af van het hele bedrijfssysteem, niet alleen van de eigenschappen van de koe.
Eerste stappen
Hoe zet je als veehouderij de eerste stappen naar een robuuste veeteelt? De eerste stap is tegelijkertijd de grootste volgens veehouder Geert Stevens, namelijk: de bedrijfsvoering extensiveren.
- Zoek in de buurt waar je grond bij kunt pachten.
- Onderzoek of samenwerking met Natuurmonumenten of Provinciale Landschappen mogelijk is voor beweiding.
- Zet bij het fokken eens rietjes sperma in van robuustere rassen.
- Experimenteer met andere grasmengsels zoals kruidenrijke grasmengsels.
- Vraag een externe adviseur om mee te kijken. Hij kan wijzen op bepaalde aspecten van de bodem en adviseren welke grasmengsels de bodemstructuur kunnen verbeteren en het bodemleven bevorderen.
En een gouden tip van veel bodemadviseurs: graaf eens een gat in de grond en kijk hoe de structuur en het bodemleven eruitziet. Dit geeft je direct een indicatie over de ‘gezondheid’ van je bodem. Meer info hierover in het thema Bodem.
‘Ik denk dat de toekomst voor die oude rassen er wel goed uitziet’
Verdienvermogen
Hoe kun je als veeteler de verdiensten voor je bedrijf vergroten met een robuust teeltsysteem?
- Met beter graslandmanagement kun je meer gras van je percelen halen. Meer kwalitatief goed voer van eigen land betekent minder inkoop van ruwvoer en krachtvoer. Dat scheelt in de kosten.
- Goed graslandmanagement betekent ook kritisch kijken naar je bemesting en de verdeling van (kunst)mest. Dat kan ook schelen in de kosten.
- Producten zelf vermarkten kan een interessante bron van inkomsten zijn.
- Financieel voordeel door melkkeurmerken.
Maurits Tepper: “Alles hangt met elkaar samen. Als je geen kunstmest gebruikt, krijg je een beter bodemleven en bespaar je veel geld. Dan heb je direct al een beter verdienmodel. Zet antibiotica alleen in als het echt noodzakelijk is, dat scheelt in de kosten. En tegelijkertijd heb je mest van hoogwaardiger kwaliteit. Als je de koeien meer naar buiten doet, krijg je meer insecten, doordat ze afkomen op de flatten. De insecten zijn weer voedsel voor vogels. Op deze manier creëer je een toename van de biodiversiteit.
‘Mijn verdienmodel is erop vooruitgegaan, maar als ik de premie kwijtraak gaat het mij geld kosten’